In het artikel kwamen er twee personen aan bod. André Oosterlinck, die voor de verhoging is van het inschrijvingsgeld en Michiel Horsten, die tegen de verhoging is. Oosterlinck argumenteerde dat het inschrijvingsgeld alleen verhoogd werd voor studies die de economische welvaart van het land niet stimuleren zoals Filosofie en Geschiedenis. De studies die de welvaart van het land dan wel stimuleren zou verlaagd worden. Hier wordt er voornamelijk gekeken naar het economische aspect van de maatschappij en niet zozeer het maatschappelijke aspect.
De tegenhanger van Oosterlinck is Michiel Horsten. Hij pleit voor een gelijkheid op het gebied van inschrijvingsgeld. De sociaal zwakkeren worden hier het slachtoffer en gaan eerder kiezen voor een economische richting. Maar wilt dit dan zeggen dat ze goed zullen zijn in hun baan en het graag zullen doen? "Je moet een baan doen die je graag doet, anders hou je het niet vol" werd mij altijd verteld. Het succes om een baan goed uit te oefenen is om er elke dag met hart en ziel voor te gaan.
In het artikel van Paul Verhaeghe over het neoliberalisme, kwam dit onderwerp ook aan bod. Hij sluit zich niet aan bij het idee om het inschrijvingsgeld te verlagen of te verhogen naar gelang welke studie je kiest. Nog meer gruwelt hij van de gedachte dat deze voorstellen worden geformuleerd door mensen met macht.
Mijn eigen mening over dit artikel is dat ik voorstander ben van Michiel Horsten. Er wordt hier geen rekening met de mens als individu zelf. Je moet ongeveer drie jaar het beste van jezelf geven en dit gaat niet met een negatieve instelling. Als je iets echt wilt, wil je er 100% voor gaan. Ik kan mij niet inbeelden dat je voor een studie wilt gaan waarvan de enige reden van motivatie is, dat het inschrijvingsgeld lager ligt dan bij een andere studie.
Onbekend. (2011, Oktober 1). Moeten te populaire studies
duurder worden? Opgeroepen op November 12, 2012, van Klasse:
http://www.klasse.be/archief/moeten-te-populaire-studies-duurder-worden/
Geen opmerkingen:
Een reactie posten